gaat in optocht naar boven.
ze ziet er heel lief uit en wiekeloe
posteert zich trots naast haar bedje.
terwijl padieloe haar verschoont
laat wiekeloe omavonnie de druiven zien
die op zijn balkon groeien.
er ligt een trosje op de grond.
hij haalt de druiven er één voor één af
en perst ze zorgvuldig tussen de planken
naar beneden , maar "hela wiekeloe
wacht eens even", roept omavonnie
"laat eens proeven...hmmm lekker,
en de velletjes, nou die spuug je
gewoon in je hand."
dat lijkt wiekeloe leuk en hij
plukt nog een trosje en proeft
en kijkt een beetje zuur, proeft nog eens
en spuugt de velletjes en ook de pitjes uit
ondanks dat hem beloofd wordt dat
er een druivenboom zal gaan groeien in zijn buik.
dan gaan ze eten en cyclaam,
die eet met gemak een boterham
kleingesneden, met boter en marmite.
en haar schoen erbij.
ze heeft een kleinere maat
dan wiekeloe op haar leeftijd.
het bolletje wol voor de poes
wordt intussen uitgevouwen tot
een lange lijn met haak
en wiekeloe kruipt op de stoel
want kijk daar eens op de grond:
daar is een haai. kijk uit!
hij gaat hem vangen, wiekeloe
gaat de haaibaai vangen
terwijl cyclaam sta- en loopoefeningen doet,
ze hurkt vanuit stand en ze verzet
haar voeten als je haar handen vasthoudt.
ze is helemaal niet bang voor de haaibaai
en kijkt om zich heen om hem te zoeken.
omavonnie hoort wiekeloe haar "meiske" noemen.