voor de ongeduldigen
de kronikeur meldt
dat binnenkort het tijdstip is aangebroken
waarop Wijnie in de achtertuin van Tante komt baden.
Tante hoopt haar bij die gelegenheid
van wat schone kleding te mogen voorzien
en vaste afspraken te maken
over wat betere verzorging,
want de vlooien bespringen je,
zo heb je het gevoel
als je alleen al naar haar kijkt.
Vandaar dat niemand haar dichter benadert
dan op een metertje of 5.
Tante is ook heel benieuwd naar
hoe Wijnie eruit zal zien
als ze lekker gebaad en geshampood is,
oh haar handen jeuken
om de zwerfster eens flink in te soppen
en dan meteen dat vieze rastahaar
eraf te knippen, dat traditioneel,
staat Tante vaag bij, niet gewassen mag worden
noch door enig scherp voorwerp beroerd.
Jaja,Tante droomt er een paar maal
per week van dat ze iemand grondig schoonboent,
knipt en verzorgt, zelfs vertroetelt.
dat zijn dagdromen want 's nachts,
waar Tante 's nachts van wakkerschrikt
dat gaat niemand wat aan.
Oplettende toeschouwers, en die zijn er
in elke gemaanschap zonder tweeverdieners,
zien Tante opvallend vaak
in haar moestuin vertoeven en met
diverse groenten sjouwen.
Als dat maar geen teleurstelling wordt...
want waarom wilde Wijnie niet meteen
gebruik maken van Tante haar genereuze aanbod?
wat bindt haar zo aan dat nest op de Herdenkingsplaats,
dat ze daar wekenlang niet wegkan?
Ze zou het toch niet in haar hoofd hebben gehaald
om Tante stomweg zoet te houden
maar wat raak te beloven?
zou ze zich de afspraak
waar Tante zo naar uitkijkt
wel herinneren?
Om zich aan al deze muizenissen te onttrekken
gaat Tante eens bij Son en Von informeren
hoe hun zaken ervoor staan.
ze vindt ze volkomen verdiept in de boeken.
"we lezen ons in, bestuderen mogelijkheden,
we zoeken een oplossing,
we zijn op de goede weg, hopen we."
zo begroeten ze Tante, niet onvriendelijk
maar heel serieus en diep geconcentreerd.
ze schuift rustig een stoel aan als ze vergeten
haar uit te nodigen om plaats te nemen,
heel bescheiden en zo terughoudend
als ze zijn kan, en stoot in het voorbijgaan
een stapel beschreven vellen papier
en drie bloknotes van tafel.
"allemaal ideeen?" vraagt ze zich bukkend
om alles zo discreet mogelijk op te rapen
zonder er opzichtig naar te kijken.
ze troost zich waarlijk ontroerende inspanningen
om haar nieuwsgierigheid te verbergen.
Son en Von knipogen naar elkaar
en Von besluit Tante een beetje te plagen
met de wedervraag: "čn? gezellig gepicknickt bij Waltera?"
Tante komt met een ruk overeind:
"zag je me?"
-een overbodige vraag is dat,-
spreekt ze zichzelf bestraffend toe.
ze is plots helemaal onzeker
en opeens ook erg moe,
alsof haar stutten
onder haar uitgetrokken zijn.
wat is er toch aan de hand
dat ze altijd zo snel van streek is
als het haar eigen leven aangaat?
Son haalt een kop thee voor haar.
ze houdt niet van thee en drinkt drie koppen.
Son en Von bekijken haar belangstellend.
na de derde kop spreekt ze:
"ik kwam om jullie een interview af te nemen
over jullie levensvisie en toekomstplannen
en over wat jullie anderen
zouden willen adviseren...."
hier maakt Tante een soort wanhopig gebaar van
-nou ja laat maar zitten, ik weet het ook niet meer-.
"Adviseren, adviseren..bah wat heb ik een hekel gekregen
aan dat vervloekte woord.
sinds we ons Bureau hebben opgericht
is het net of de hele wereld het altijd
alleen maar heeft over adviseren" roept Von,
"en geadviseerd worden!" komt Son eroverheen.
"het is om dol van te worden.
waar zijn we aan begonnen?
een gat in de markt is leuk
maar hier zijn spuigaten opengestoten
die niet meer te dichten zijn."
Tante knikt en schudt en probeert koortsachtig
een strategie uit te stippelen:
zal ze olie op het vuur gooien of op de golven?
dus opstoken of kalmeren?
ze hoeft nog niet te beslissen
want Son en Von zijn er als de kippen bij
om zelf eens lekker te spuien
en dat gaat met enorme krachten gepaard.
ze beschouwen Tante als een soort muur
waar ze alle zorgen, alle woede,
alle verbijstering en angst
tegenaan kunnen smijten.
Tante zit maar en drinkt die vervloekte thee
en probeert ze bij te houden,
in haar geheugen vast te leggen,
te registreren, hun woorden en gevoelens
te doorgronden, te plaatsen.
ze zit doodstil. alleen haar pink
boven het theekopje beeft een beetje.
soms voelt ze zich verdoofd
door al dat geweld, soms dringen flarden door.
waar gaat het allemaal over?
over boten die getorpedeerd zijn en beelden
die geexposeerd zijn,
over eenzame zonderlingen en paarden,
over zwervers en adviseurs, over
overbodige zeelieden en oorlogstuig...het gaat
over alles en iedereen, maar Tante
wordt er totaal tureluurs van
en hoort alleen maar: "help ons, wij vergaan!"
jaja Tante haar intuitie grijpt in!