|
1
vage vogels
vegen vluchtig
fladderend de lucht |
2
ik wil je
alles geven
wil ik je
niet op-of over- |
3
vandaag ben je
liever dan gisteren
verre vriend
omdat ik blijer ben |
|
4
tam
tamt de tamtam
tamme tamtamklanken
van lang
vergangen
tamtamgezangen.
als tamtamslagers
door tamtamslachters
afgemaakt zijn
en zachte klanken
door machtige
tamtamhaters
gesmoord zijn
dan zal
tamtamgetam
nog voortleven
onder tamme
cultuurvolken |
5
ik kan jouw gevoel niet voelen
ik kan jouw mond niet zijn
alleen kunnen mijn tranen
over jouw wangen vallen |
6
je treitert om te binden
je bindt om te vinden
wat ik weiger
te geven |
|
7
zij kussen je
mijn handen
zo zacht
en verlangend
als handen
slechts handen
te kussen
vermogen |
8
heet spring je
op en heen
en weer
je rammelt me
ramt me
verdomme
wat moet je
vergeet me
vergeef me
omgeef me
niet meer
met je liefde |
9
een paard
is iemand
met vooruitstekende tanden
een baard
is iets wat gekken dragen
een meisje
is een ding dat lief is
en lamp
is een apparaat
dat brandt
een man
is een Doordenker |
|
10
ik ben een klein schuw meisje
in een hoekje
ik huil tussen mijn handen
als je mij
mijn pen afneemt
|
11
des zondags ging
mijn moeder naar de kerk
bekijken hoe
de jongste mode was
en om haar juist
gekochte jas te tonen.
en God zag
dat die mooi was.
|
12
de dagen varen
traag langszij
wij hebben lief
soms veinzen wij
onze gedachten
tekenen zich groevend
in het gelaat |