boven een sudoku als wanny wat beregend aanklopt.
hij heeft zoveel zorgen over zijn afscheid
van de kerk en over
wat hem allemaal te doen staat
om aan het werk te komen
dat hij 's nachts niet in slaap kan komen.
ze kouten even over zijn en wanny
haar opvattingen omtrent werken,
over de wiese wallaberichten waar zij
druk mee bezig is, en over de nieuwe baan
van madieleid en ze eten paasbrood.
dan is het tijd om wiekeloe
van zijn lentefeest op school te halen.
padieloe waarschuwt wanny dat hij
wiekeloe heeft vergeten in te lichten
over dat zij erbij zal zijn.
laatst schreeuwde hij nog het hele schoolplein bijeen
dat het niet eerlijk was dat zijn vader
hem kwam halen in plaats van verwachte oma.
wiekeloe komt met een krantenmuts naar buiten
en inderdaad hij negeert wanny volledig
en ook voor het vervolg van de dag
heeft hij al zijn maximum aan nieuwigheden
overschreden, zoals weldra blijkt.
eerst staan ze op de stoep en hij moet
zeggen of ze al over kunnen steken,
dan overhandigt hij de krantenmuts aan zijn vader
met een "die heb ik voor jou gemaakt"
en hij toont een chocoladelolly,
"van de juf gekregen en die mag ik
thuis opeten."
als padieloe voorstelt dat hij allereerst
wat müsli tot zich neemt, raakt hij van slag
en huilt en piept dat de juf
het zelf gezegd heeft en het is
niet eerlijk en het hoort niet
dat hij eerst müsli eet want de juf
die heeft het zelf gezegd.
hij eet dan tevreden de lolly en vertelt
dat hij de meeste eieren heeft gevonden
en nu wil hij alleen müsli,
met van die chipjes erin maar papa
heeft vandaag geen müsli met
van die chipjes erin en dat is aanleiding
tot groot misbaar want dat hoort niet
dat is niet eerlijk en hij hoeft ook geen brood.
als padieloe cyclaam haalt laat wanny
de eierkoeken zien die ze meebracht.
hij wil nu een eierkoek, eh
nee hij wil geen eierkoek
hij wil er twee. hij wil twee eierkoeken.
maar wanny zegt dat er ook een bij is
voor padieloe, een voor cyclaam en zelfs
ook nog eentje voor haarzelf.
"maar ik wil er twee" zegt wiekeloe.
dat gaat niet door en daarom
wil wiekeloe helemaal geen eierkoek.
"ok, jij niet dan" zegt wanny
en ze aait de poes en voert die snoepjes,
die hij zo gulzig eet,
dat ze later uitgespuugd worden.
"oma mag ik een eierkoek?"
vraagt wiekeloe en natuurlijk
mag hij een eierkoek en als padieloe
met cyclaam, die een blauw oog heeft,
binnenkomt legt wiekeloe hem uit
dat er vier eierkoeken zijn: een voor hem,
een voor oma, een voor cyclaam
en een voor wiekeloe zelf.
omdat het zo regent willen ze
een spelletje doen en wiekeloe
haalt het appeltjesspel en padieloe
waarschuwt wat allemaal niet mag
en ze beginnen. in de derde ronde
joelt wiekeloe: "lèlèlè lèlè" als padieloe
een beurt moet overslaan en wanny
joelt even later "lèlèlè lèlè" als wiekeloe
drie appeltjes moet terughangen.
even probeert hij te glimlachen maar
in dezelfde fractie van een seconde
draait hij zich om en wil
absoluut niet verder spelen.
einde appeltjesspel.