met de zorgvuldig van schimmel ontdane broodjes
die wanny voor de gelegenheid had willen bakken.
het regent en waait, en wiekeloe
wordt met de minuut moediger tegen
de vandaag wel zeer opdringerige ganzen.
cyclaam vertoont voortdurend
acrobatische toeren richting wielen.
in de speeltuin is wiekeloe een spin
in een web en in de polder poseert hij
ook nog voor een schaduw in een plas.
ze gaan weer naar binnen
en wiekeloe bedient de lift geroutineerd.
nu wordt er memory gespeeld.
dat kinderen zo een goed geheugen hebben,
nou dat zal wel maar wiekeloe
laat zijn vader dik winnen.
wanny beweert dat ze erg is afgeleid
en wiekeloe, nou die zegt:
"ik moet plassen en poepen!"
hij gaat naar de weecee waar hij
een tijdje verblijft, en soms
hoor je hem lachen.
waarschijnlijk heeft hij
de stijf gesloten kraan open gekregen.
tot grote schrik
van wanny heeft hij de deur
op slot gedraaid, maar padieloe
heeft er alle vertrouwen in dat
hij hem ook open kan krijgen en ja hoor,
na een tijdje komt hij opgewekt te voorschijn,
de handjes nog wat nat van het wassen.
de weecee is helemaal schoon en wanny
heeft hem niet horen doortrekken.
na even slootje springen over de matjes
wordt het mensergerjenietspel
te voorschijn gehaald. eerst wil wiekeloe
niet meedoen maar wel prijzen uitdelen
in de vorm van stenen, die hij
in de fruitschaal heeft gevonden.
later doet hij mee en alles gaat goed
al heeft hij er moeite mee
om zijn vader eraf te slaan.
als het heel spannend wordt, dan laat hij
per ongeluk (?) het deksel vallen
en alle pionnen zijn van hun plekjes gerold.
nu is het tijd om naar huis te gaan.
afgesproken wordt om over een week
naar de dierentuin te gaan, en daar verheugt wanny
zich heel erg op en ze gaat tevoren
weer flink studeren op haar fototoestel.
als de familie in de auto zit, knikt wiekeloe
zeer van harte als ze hem vraagt
of hij onderweg eventjes zijn oogjes gaat sluiten.
cyclaam kijkt padieloe tevreden aan
en die glimlacht naar wanny.